Leren door fouten te maken
Fouten maken zonder gevolgen: waarom Virtual OV jongeren écht laat leren reizen

In het echte openbaar vervoer voelt een fout meteen groot. De verkeerde trein pakken, een halte te laat uitstappen, of in paniek raken op een druk station: voor veel jongeren – zeker neurodivergente jongeren zoals jongeren met autisme – is dat genoeg reden om liever helemaal niet te gaan. Reizen wordt dan iets bedreigends in plaats van iets wat je kunt leren.
Virtual OV draait dit principe om. In deze VR‑omgeving mógen jongeren fouten maken. Sterker nog: fouten zijn een essentieel onderdeel van de training.
Een veilige omgeving om te proberen
In Virtual OV zet een jongere een VR‑bril op en stapt een levensechte OV‑wereld binnen. Alles voelt herkenbaar: perrons, borden, omroepberichten, drukte. Het verschil met de echte wereld is simpel maar cruciaal:
- Neem je de verkeerde overstap?
- Mis je een omroepbericht?
- Stap je te laat of te vroeg uit?
Dan gebeurt er… niets ernstigs. Geen boze chauffeur, geen gemiste afspraak, geen stressvolle thuiskomst. De “fout” blijft binnen de veilige grenzen van de simulatie.
Die veiligheid verlaagt de drempel enorm. Jongeren durven meer: ze durven te proberen, te experimenteren en soms zelfs bewust eens te kijken: “Wat gebeurt er als ik dit doe?” Precies op dat moment ontstaat er diep leren.
Leren van executieve functies in actie
OV‑reizen vraagt meer dan alleen weten welke trein je moet hebben. Het doet een beroep op executieve functies: de regelfuncties van je brein. In Virtual OV kun je die stap voor stap oefenen, zonder druk van buitenaf.
Door fouten te maken worden onder andere deze functies getraind:
- Plannen en organiseren
Een verkeerde route kiezen of een overstap missen maakt meteen zichtbaar of het plan klopte. Samen met een begeleider kijkt de jongere terug:
“Welke informatie heb je gemist? Wat zou je de volgende keer anders doen?” - Inhibitie (remmen)
In een druk station is de neiging groot om anderen maar achterna te lopen. In VR kun je laten zien wat er gebeurt als je zonder nadenken instapt. Dat moment is ideaal om te oefenen met:
“Eerst even stilstaan, checken, dán pas instappen.” - Probleemoplossing en flexibiliteit
Trein gemist? Foute richting? In plaats van paniek ontstaat er een leersituatie:
“Oké, dit is misgegaan. Welke opties hebben we nu? Hoe kom je alsnog op je bestemming?”
Zo leren jongeren dat een fout niet het einde is, maar een vertrekpunt voor een oplossing.
Fouten als brandstof voor procedureel geheugen
Elke fout en elke correctie draagt bij aan het procedureel geheugen: het geheugen voor handelingen en routines. Door situaties vaker te doorlopen, ontstaat er een soort “spiergeheugen” voor reizen met het OV.
Een jongere leert bijvoorbeeld automatisch:
- eerst het bord lezen,
- dan controleren of trein, spoor en tijd kloppen,
- dan pas naar binnen stappen.
Doordat fouten geen echte consequenties hebben, durft de jongere dit proces vaker te herhalen. En precies die herhaling is nodig om gedrag te automatiseren. Wat eerst spannend en cognitief zwaar was, wordt steeds meer een routine.
Zelfvertrouwen groeit waar straf uitblijft
Misschien wel het belangrijkste effect van fouten maken zonder gevolgen in Virtual OV, is de groei van zelfvertrouwen.
Waar een fout in de echte wereld vaak voelt als falen – “zie je wel, ik kan dit niet” – wordt diezelfde fout in VR een oefenkans:
- De jongere ziet wat er misging.
- Krijgt directe, constructieve feedback.
- Probeert het opnieuw, in een vergelijkbare situatie.
Elke keer dat dat lukt, ontstaat er een nieuwe ervaring: “Ik kan dit. Ook als het eerst misging.”
Voor veel neurodivergente jongeren is dat verschil levensgroot. Reizen verandert van iets waar je voor wordt afgerekend, naar iets wat je stap voor stap kunt leren.
De stap naar het echte OV
Critici vragen soms: “Maar leren ze het dan ook echt voor buiten?” Juist doordat Virtual OV zo dicht bij de realiteit ligt, is de stap relatief klein. De omgeving, informatieborden, geluiden en situaties lijken sterk op het echte OV. Jongeren nemen niet alleen kennis mee, maar vooral:
- geoefende executieve functies;
- geautomatiseerde handelingen;
- en de ervaring: “Ik heb dit al eens meegemaakt – en ik kón het toen oplossen.”
Wanneer ze dan voor het eerst die echte trein instappen, is het geen sprong in het diepe meer, maar een volgende logische stap na talloze veilige oefenrondjes.
Conclusie
Fouten vermijden lijkt veilig, maar remt ontwikkeling. Virtual OV kiest bewust voor het tegenovergestelde: fouten uitnodigen in een veilige setting.
Door fouten zonder echte gevolgen te laten ontstaan, te analyseren en opnieuw te proberen, bouwen jongeren:
- hun executieve functies op,
- hun procedureel geheugen uit,
- én hun zelfvertrouwen om zelfstandig te reizen.
Zo wordt “fout” niet langer een eindpunt, maar een essentieel onderdeel van leren. En precies dat maakt Virtual OV tot een krachtig hulpmiddel voor iedereen die de stap naar zelfstandig reizen nét even wat spannender vindt.










